Oproepovereenkomst: wanneer vaste arbeidsomvang aanbieden?
De volgende wijziging ten aanzien van de oproepovereenkomst staat voor 1 juli 2021 op de planning. Wat verandert er?
De oproepovereenkomst is gedefinieerd in de Wet arbeidsmarkt in balans (WAB). Oproepkrachten hebben meer bescherming c.q. zekerheid gekregen door:
- het hanteren van oproeptermijnen;
- het aanbieden van een vaste arbeidsomvang na 12 maanden;
- het hanteren van een verkorte opzegtermijn voor de oproepkracht.
Vaste arbeidsomvang na 12 maanden
In de praktijk is onduidelijkheid ontstaan door het aanbieden van een vaste arbeidsomvang na 12 maanden. Hierbij moet binnen één maand schriftelijk of elektronisch een aanbod voor een vaste arbeidsomvang worden gedaan, die ten minste gelijk is aan de gemiddelde arbeidsomvang in die voorafgaande 12 maanden moet worden gedaan.
Geen beschermende werking
Het is in principe mogelijk om in het aanbod een ingangsdatum op te nemen die ver na het aanbod ligt, zodat er per saldo nog steeds geen beschermende werking van het aanbieden van een vaste arbeidsomvang uitgaat.
De aanvaardingstermijn voor de werknemer is daarbij ten minste één maand, zodat tot de (eventuele) acceptatie onduidelijkheid kan bestaan over in welke vorm de oproepovereenkomst wordt voortgezet.
Eerste dag 15e maand
Per 1 juli 2021 wordt verduidelijkt dat de vaste arbeidsomvang uiterlijk ingaat op de eerste dag nadat twee maanden zijn verstreken steeds nadat de arbeidsovereenkomst 12 maanden heeft geduurd, daarom op de eerste dag van de vijftiende maand.
De aanvaardingstermijn wordt verder gesteld op één maand. Hiermee wordt zowel aan de werknemer als de werkgever een helder handelingsperspectief geboden.
Uitspraak vaste arbeidsomvang
Tot slot heeft Rechtbank Limburg recent een interessante uitspraak gedaan inzake het ontbreken van het aanbieden van een vaste arbeidsomvang, op grond waarvan een werknemer recht heeft op loon (over de arbeidsomvang die had behoren te worden aangeboden).
De discussie ging niet over het feit dat de werkgever de werknemer geen aanbod had gedaan voor een vaste arbeidsomvang, maar de rechter oordeelt dat beschikbaarheid voor de arbeid geen voorwaarde is voor het ontstaan van de loonvordering. Ofwel: het niet doen van een aanbod voor een vaste arbeidsomvang brengt het risico op een loonvordering van een werknemer met zich mee.
Bron: Mazars.nl